Het nieuwste type van de Raspberry Pi is nog goedkoper en kleiner dan zijn voorgangers. Leuk voor scholieren en tech-hobbyisten, maar achter het succes van de minicomputer zit een voor ondernemers interessant verhaal.
De Raspberry Pi blijft zich in een razend tempo doorontwikkelen. De minicomputer was al een indrukwekkend product: een complete computer met quad-core processor, 1 gigabyte intern geheugen en hoge resolutie video-output voor maar drie tientjes.
Afgelopen week heeft de Raspberry Pi Foundation echter alweer een nieuwe versie gepresenteerd: de Raspberry Pi Zero. Deze nieuwste variant is nóg kleiner en kost maar liefst zes keer minder dan zijn voorganger: slechts vier Britse pond.
Minicomputer voor 18 euro
De Raspberry Pi Foundation ziet de Pi vooral als een educatieve tool. Het wilde de kosten nog verder naar beneden brengen zodat het ding echt voor iedereen toegankelijk zou worden. Goedkoper dan dit zal het voorlopig niet kunnen, zei oprichter Eben Upton bij de presentatie. Binnenkort zal de Zero ook in Nederland te bestellen zijn, maar nu kost hij samen met wat adapters 18 euro, inclusief verzendkosten vanuit Groot-Brittannië.
Dát hij uit het Verenigd Koninkrijk moet komen is interessant. De Raspberry Pi wordt namelijk niet geproduceerd in Azië, zoals zo veel elektronische massaproducten, maar in Wales, in het voormalig mijnwerkersstadje Pencoed.
Aanvankelijk kon de Raspberry Pi Foundation geen Britse producenten vinden die de computer wilden maken voor een lage prijs per unit. Produceren in Azië leek veel aantrekkelijker, zegt oprichter Upton desgevraagd: “Toen we begonnen, deden we wat iedereen doet – ervan uitgaan dat China sowieso goedkoper is. We hebben een tijdje alles in China laten bouwen. Maar toen we de totale kosten in Azië en in het Verenigd Koninkrijk vergeleken, ontdekten we dat we veel geld konden besparen.”
Productie in Verenigd Koninkrijk goedkoper
In 2012 werd de productie teruggehaald naar het Verenigd Koninkrijk. De Britse leverancier van elektronische componenten Premier Farnell, die de licentie heeft om Raspberry Pi te bouwen en te verkopen, sloot een contract met Sony's Britse fabriek in Zuid-Wales. En daarom staat er nu op de printplaatjes 'Made in the UK'.
Hoewel veel Britten daar best trots op zijn, was dat op zich dus niet de reden. “We doen het omdat we op de centen zijn, niet omdat we nice guys zijn”, zegt Upton. Maar er zijn meer voordelen behalve de lagere kosten. “Het is een enorm verschil of je naar Hong Kong moet vliegen om met de productiemanager te praten en daarbij taalbarrières hebt, of dat je gewoon naar Wales rijdt.”
Bij elk massaproductieproces gaat er wel eens wat fout. Het aantal eenheden met manco's is bij massaproductie in de orde van grootte van 100 stuks per miljoen. Naar verluidt bleek het aantal defecte eenheden in de fabriek in Wales veel lager dan in China. Upton: “Dat was een paar jaar geleden zeker waar. Inmiddels hebben we alle vertrouwen in de kwaliteit daar. Tien tot twintig procent van onze totale productie zit nog in China. Maar het zegt wel veel dat Wales de benchmark is voor China, niet andersom.”
De productie in China is voor de Aziatische markt. Het is logischer om dat daar te doen, zegt Upton. “Veel componenten op de Raspberry Pi worden gemaakt in Azië. Het zou onzin zijn om die naar Wales te halen om ze daarna weer naar Azië te sturen.”
Productiewerk in Europa, met veel robots
Werk dat offshore werd uitgevoerd en nu weer naar eigen land wordt teruggehaald, noemen we 're-shoring'. In Nederland haalde bijvoorbeeld Philips al eens de productie van scheerapparaten terug uit China. Sinds 2011 worden die in hoge mate geautomatiseerd geproduceerd in een fabriek in Drachten, waar ook het verloop van goed geschoolde ingenieurs minder groot is dan in China. Vooral daardoor zijn de productiekosten lager in Drachten.
In de fabriek in Pencoed maakt Sony verder professionele camera's en producten voor andere partijen. Hoewel de locatie niet zorgt voor heel veel werkgelegenheid – er werken vooral geavanceerde soldeerrobots – neemt die dankzij de Raspberry Pi's wel toe.
Toen begin dit jaar de nieuwe Raspberry Pi werd gepresenteerd, verviervoudigde Sony zijn productiecapaciteit om aan de vraag te kunnen voldoen. Daarvoor werden dertig nieuwe medewerkers aangenomen, wat het totaal op zeventig bracht. Ook Sony zelf is trots: “Hier produceren we met onze technische expertise en geavanceerde faciliteiten elke dag tot 12 duizend Raspberry Pi-computers via een snel en soepel proces. Daarbij doorloopt elke component ons Green Management-programma, zodat we topkwaliteit leveren met een minimale ecologische voetafdruk.”
Stijgende lonen in China en transportkosten
Volgens Eben Upton brengen steeds meer Britse producenten hun productie terug. West-Europa wordt steeds populairder, meent hij. “Als we een nieuw product hebben, vragen we standaard offertes aan in China, maar het is bijna altijd goedkoper in Wales. Dat is nu al een paar jaar zo."
Er zijn volgens Upton een paar trends die ervoor zorgen dat dat nog wel even zo blijft. "De stijgende lonen in China, de transportkosten en de wisselkoers ontmoedigen je om in het Verre Oosten zaken te doen. Door de tegenwind voor de Chinese economie worden ze steeds minder concurrerend. Voorlopig haasten we ons niet die kant op.”
We schreven op Business insider al eerder over wat je als ondernemer aan de minicomputers hebt, maar het proces achter de Raspberry Pi is dus ook nog eens leerzaam. “Ik zou alle ondernemers sterk willen aanraden om te overwegen lokaal te produceren,” zegt Upton. “Het is zeker goed om een concurrende prijs op te vragen in China, en dan in eigen land fabrikanten te vragen of ze dat kunnen matchen. Je zult zien dat ze dat vaak kunnen.”